Rijke Waterpoloclubs
New York Athletic Club
Dit prachtige gebouw op de hoek van Central Park South en Seventh Avenue, hartje New York, behoort toe aan de New York Athletic Club, één van de meest exclusieve sportclubs in de Verenigde Staten. Opgericht in 1868 organiseerde de club de eerste Amerikaanse kampioenschappen boksen, worstelen en outdoor atletiek en was ze ook de eerste die het schermen introduceerde in de USA. Momenteel telt ze zo’n 9.000 leden en je kan enkel lid worden als je daartoe wordt uitgenodigd.
Met waterpolo werd gestart in de herfst van 1890, een initiatief van de zwemlegende Gus Sundstrom (1858-1936). Onder zijn leiding won New York Athletic Club het waterpologoud op de Spelen van St-Louis met 5-0 wijnst tegen Missouri AC en 6-0 winst tegen Chicago AA.
De winnaars: David Bratton (1869-1904), George Van Cleaf (1879-1905), Leo Goodwin (1883-1957), Louis Handley (1874-1956), David Hesser (1884-1908), Joseph Ruddy (1878-1962), James Steen (1876-1949) en coach Gus Sundstrom (1885-1936).
NYAC leden wonnen in de loop der jaren zo maar eventjes 123 olympische gouden medailles, 40 keer zilver en 52 keer brons. Op de Olympische Spelen van Athene werden 39 NYAC leden afgevaardigd, die vijf keer goud veroverden, één keer zilver en vijf bronzen medailles. De succesvolle leden kan je terugvinden in de imposante "Hall of Fame" op de tweede verdieping van het gebouw. De enorme building levert een panoramisch zicht op Central Park, heeft 24 verdiepingen met ondermeer twee restaurants, een cocktail lounge, bibliotheek, balzaal, biljartzaal, vergaderruimtes en acht verdiepingen met gastenkamers voor de leden en hun gasten. Bovendien vind je er een zwembad, basketbalvelden, boksringen, een scherm- en worstelzaal, judokamer en squash courts.
Het was op initiatief van NYAC dat in de jaren 1880 de "Amateur Athletic Union" (AAU) werd opgericht. In 1987 werden er voor het eerst vrouwen toegelaten als lid.
Een abstract uit een artikel van de New York Times van 1890:
“De voltooiïng van de Croton Aquaduct zorgde ervoor dat in de city heel wat indoor zwembaden konden gebouwd worden. Nu, in de late 19de eeuw, is het lidmaatschap bij één van de New York's Athletic clubs meer een symbool van elitaire sociale stand dan een weerspiegeling van atletisch talent”
De club bezit ook nog een zomerverblijf op Travers Island, dat zich uitstrekt aan de grens van New Rochelle en Pelmham Manor, dat werd aangekocht door de Wall Street tycoon William R. Travers (1819-1887), die op dat ogenblik voorzitter was van de club. Travers was oorspronkelijk advocaat, maar verdiende een fortuin op Wall Street. Als dank voor zijn enorme bijdrage werd Long Island Sound omgedoopt tot Travers Island. Zelf was de man ook een ‘fighter’ zijn negen kinderen zijn er het bewijs van. Het geheel bestaat uit een hoofdgebouw met meerdere bijgebouwen uitgestrekt over 1,2 ha grond. Je vindt er tevens een olympisch bad met zoutwater en je kan er ook tennissen, roeien, zeilen, duiken en rugby, voetbal, croquet en lacrosse spelen.
In de olympische waterpoloploeg van de USA, die in 2008 zilver haalde op de Olympische Spelen van Bejing vindt men drie spelers terug van de NYAC: de legendarische Tony Azevedo (1981-), Rick Merlo (1982) en Merrill Moses (1977-).
NYAC kroonde zich zo maar eventjes 31 keer Amerikaans waterpolokampioen.
Beroemde leden: de stichter van de Benihana restaurants Rocky Aoki (1938-2008), wereldkampioen boksen zwaargewichten Jack Dempsey (1895-1983 ), de stichter van de Bank of America Amedeo P. Giannini (1871-1949), een van de ankermannen bij ABC News Peter Jennings (1938-2005), John F. Kennedy, Jr. (1960-1999), de voormalig uitgever van George magazine en zoon van wijlen President Kennedy, Wellington Mara (1916-2005), de eigenaar van American Footballclub New York Giants, mode ontwerpster Marisol Deluna (1967-), Gavin McLeod (1931) de TV-ster uit de serie 'Love Boat', Charles Osgood (1933-), bekend van CBS News, Mark Simone (1957-), bekende YV en radioreporter en George Steinbrenner (1930-2010), de eigenaar van baseballclub New York Yankees.